maandag 17 november 2008

Preventie?

In het AD staat het bericht:

‘Patiënt vaak nodeloos gekneveld’

Door MONICA BEEK EN JEROEN DE VREEDE

TOLBERT - Mensen met een verstandelijke beperking of dementie worden te vaak en te snel vastgebonden, opgesloten en ‘platgespoten’.

Dat oordeelt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) na een onderzoek over drie maanden bij 86 instellingen.
Aanleiding was de dood van zeven cliënten door gebruik van de fixerende Zweedse band. Die methode doet de IGZ vanaf 2011 in de ban. De Inspectie constateert dat één op de drie cliënten rustigmakende medicijnen krijgt, vaak zonder dat over de oorzaak van het hinderlijke gedrag is nagedacht. Elke verstandelijke gehandicapte kreeg tijdens het onderzoek gemiddeld drie keer te maken met een vrijheidsbeperkende maatregel. Voor dementerenden was dit twee keer.
In het terugdringen van de cijfers is het belangrijk verpleegkundigen bij te scholen, zegt de Inspectie. Nu zijn zij zich vaak niet bewust van de impact en de risico’s van hun begrenzende methodes. Ook zet de Inspectie zwaar in op preventie. Een bed dat kan zakken tot laag bij de grond, voorkomt dat een cliënt die vaak uit bed valt, hoeft te worden vastgebonden.,"Alternatieven zijn nu veel te weinig bekend," zegt IZG-woordvoerder Wouter van der Horst. "Dat ligt aan de opleidingen. Verpleegkundigen zijn hierin te weinig geschoold."
In de meeste gevallen gaat het om vastbinden in de (rol)stoel, bedhekken, opsluiten op de eigen kamer en afspraken over telefoongebruik, alcohol en naar buiten gaan. Maar ook armkokers komen voor, bewegingsmelders, dichtgeknoopte mouwen van nachthemden, en het vastbinden van benen.
"Dit soort maatregelen is veel te makkelijk toegepast,’’ zegt Van der Horst. "Verpleegkundigen wisten vaak niet wat er hierover in de wet staat." Vrijheidsbeperkende maatregelen worden door de wet als uiterste remedie beschouwd. Dinsdag tekenen op het congres ’zorg voor vrijheid’ de beroepsverenigingen en werkgeversorganisaties een convenant waarin zij zich committeren aan de IGZ-eisen. Extra geld is er niet. "Daar moeten de instellingen voor bij het ministerie zijn," aldus Van der Horst.