Dit Koningskind start curcus over seksuele opvoeding
In het Nederlands Dagblad staat het bericht:
Een gehandicapte hééft seksueel gevoel
door onze redacteur Gerard Beverdam
Seks. Daar praten ook ouders van verstandelijk gehandicapten niet makkelijk over. Terwijl hun kinderen kwetsbaar zijn: meer dan de helft van de mensen met een beperking krijgt te maken met een vorm van seksueel misbruik. Dit Koningskind begint een oudercursus.
EDE - Het mag niet alleen maar over misbruik gaan, want "dan heb je maar één aspect van de seksuele opvoeding te pakken'', zegt Janine Meijer, een van de opstellers van de nieuwe cursus van Dit Koningskind, een gereformeerde vereniging voor gehandicapten en hun ouders. Ze onderzocht de manier waarop christelijke ouders zich voorbereiden op de seksuele opvoeding van hun kind, en kwam tot de conclusie dat de worsteling onverminderd groot is. "Bovendien is er veel schroom hierover te praten", zegt Meijer. Want een gehandicapte en seks, dat lijkt zo'n onmogelijke combinatie. "Veel ouders zwijgen er over, in de stille hoop dat er dan geen probleem is. Dat is echter je kop in het zand steken. Die gevoelens zíjn er gewoon, ook bij een gehandicapt kind." Seniorconsulent Alle Veltman van Dit Koningskind is de eerste om te erkennen dat het een lastig thema is. "Een lichaam, ook dat van de meeste gehandicapten, wordt volwassen. Seksualiteit is daar onlosmakelijk mee verbonden. Op een gegeven moment ontdekt ook een gehandicapt kind masturbatie en de behoefte om aangeraakt te worden. Daar schrik je als ouder van, omdat er toch sprake is van een wanverhouding tussen lichaam en geest. Een lichaam van zestien jaar bijvoorbeeld, maar het verstand van een vijfjarige. Toch moet je het niet alleen negatief zien. Als 'gewone' mensen zijn we geneigd naar de beperkingen te kijken, maar we moeten ook de mogelijkheden onder ogen zien. Een gehandicapte kan verliefd worden. Zelfs een huwelijk kun je niet hoe dan ook uitsluiten." Toerusting Op verzoek van Dit Koningskind onderzochten Janine Meijer en Annemarie Hootsen de seksuele opvoeding van een gehandicapt kind. Beiden werken in de zorg en volgen in deeltijd de opleiding maatschappelijk werk aan de Christelijke Hogeschool Ede. Omdat ze bij hun onderzoek ontdekten dat oudercursussen en structurele toerusting op het terrein van seksuele opvoeding ontbreken, ontwikkelden ze in samenwerking met Dit Koningskind een cursusprogramma. Vanaf dit najaar kunnen ouders de cursus van twee avonden volgen. De cursus wordt aan kleine groepjes gegeven, om een open sfeer te creëren. Veel ouders zullen een barrière moeten overwinnen, denkt Meijer. ,,Want ons advies is om met gehandicapte kinderen zo concreet mogelijk over seksualiteit te praten. In het gesprek met niet-gehandicapte kinderen kun je nog gebruik maken van een taalgebruik waarbij je niet alles bij de naam noemt, en bruggetjes verzint om iets duidelijk te maken. Bij een gehandicapte werkt dat niet. Die nemen alles letterlijk. Je zult dus explicietere woorden moeten gebruiken, maar ook tekeningen en misschien moet je ook bepaalde dingen bij jezelf aanwijzen.'' Niet alleen vanuit Dit Koningskind, maar ook van christelijke ZML-scholen kwam het verzoek de seksuele opvoeding opnieuw onder de aandacht te brengen. Want loverboys gaan christelijke scholen niet voorbij in hun zoektocht naar zwakbegaafde meisjes - die een makkelijke prooi vormen. Meijer: "Wat deze scholen ook zien, is dat leerlingen soms niet van elkaar af kunnen blijven. Daar moet je iets mee." Belangrijk is om inzicht te krijgen hoe seksualiteit zich bij een gehandicapte ontwikkelt, maar ook hoe het functioneert. Daarbij speelt het niveau van de gehandicapte een belangrijke rol. Juist licht of matig verstandelijk gehandicapten lopen meer risico op misbruik. "Hoe dichter tegen het normale, hoe kwetsbaarder", zegt Alle Veltman. Niet-gehandicapte volwassenen beschikken over een betere 'impulscontrole', vult Janine Meijer aan. "Een rem op een mogelijke verleiding. Voor een gehandicapte is dat moeilijker. Ook is de grens tussen gewenst en ongewenst seksueel gedrag veel vager. Dat komt ook omdat gehandicapten vaak al gewend zijn aan allerlei medische onderzoeken, waardoor zij hun lichaam minder als van henzelf ervaren. Dat is echter iets wat je een gehandicapte wel moet leren: jouw lichaam is van jou en het is waardevol." De kwetsbaarheid wordt verder versterkt doordat gehandicapten vanuit de maatschappij de indruk krijgen dat seksueel gedrag 'normaal' is. "Zij zien ook wat wij zien. Als je seksueel actief bent, is dat in hun beleving iets waarin je niet verschilt van niet-gehandicapte mensen. Dan doe je mee en ben je aantrekkelijker. Dat is voor veel gehandicapten best belangrijk. Dat maakt hen kwetsbaar, ook voor misbruik", zegt Janine Meijer. De nieuwe cursus bevat naast concrete informatie over seksuele ontwikkeling ook rollenspellen. Verder wordt er gekeken naar wat de Bijbel zegt over seksualiteit. Dit Koningskind weet dat veel ouders worstelen met deze problematiek. Alle Veltman: "Het best kun je deze cursus zo vroeg mogelijk volgen, voordat het kind zich seksueel begint te ontwikkelen. Ik zou ouders willen adviseren: wacht er niet mee tot de problemen zich aandienen, maar wees er op voorbereid. Natuurlijk biedt ook goede seksuele voorlichting geen honderd procent garantie op het voorkomen van ongewenste situaties of misbruik. Maar seksualiteit vraagt opvoeding: wat mag wel, wat mag niet? Het maakt een kind weerbaarder." Janine Meijer: "Sommige ouders zullen weerstand moeten overwinnen om aan zo'n cursus mee te doen. Maar het is goed om met hulpverleners over de seksuele opvoeding van je kind te praten. En wanneer je van andere ouders hoort waar zij tegenaan lopen en hoe ze daarmee omgaan, kan dat een eyeopener zijn. Seksualiteit bij een gehandicapt kind moet geen onderwerp zijn waar je zelf maar uit moet zien te komen."