maandag 28 januari 2008

Geef gehandicapte niet de schuld

In het Nederlands Dagblad staat het bericht:

'Geef van misbruik niet de gehandicapte schuld'

door onze redacteur Petra Noordhuis

Seksueel misbruik van verstandelijk gehandicapten is een groot probleem. Mensen moeten af van het idee dat seksuele voorlichting de oplossing is, zegt deskundige Aafke Scharloo.

UTRECHT - "Als een verstandelijk gehandicapte seksueel misbruikt is, willen we meteen seksuele voorlichting geven", merkt Aafke Scharloo. Zij is deskundige op het gebied van seksuele mishandeling van mensen met een verstandelijke beperking. Dat is blaming the victim , vindt ze, ofwel: het slachtoffer de schuld geven. "Je zou maar verkracht worden en een weerbaarheidscursus moeten volgen", zegt ze ter vergelijking.

Seksueel misbruik gaat volgens haar meer over machtsmisbruik dan over seks. "Seksuele voorlichting en seksueel misbruik moet je daarom niet aan elkaar koppelen. Maak een beleid op seksuele voorlichting en een beleid op mishandeling en seksueel misbruik", is haar advies aan instellingen.
Scharloo sprak zaterdag op een studiebijeenkomst over kindermishandeling en over seksueel misbruik van mensen met een verstandelijke beperking. Het symposium was georganiseerd door het Netwerk van Christen-Pedagogen, dat is opgezet vanuit christelijk studiecentrum ICS. Scharloo werkt als zelfstandige, onder meer voor zorgaanbieders en gezinsvoogdij-instellingen en als verhoorder voor politie en justitie.
In westerse landen wordt zestig procent van de verstandelijk gehandicapten één keer of vaker in hun leven slachtoffer van seksueel misbruik, blijkt uit onderzoek. Bij veertig procent gebeurt dat al voor het achttiende jaar, weet Scharloo. Dit komt onder meer doordat verstandelijk gehandicapte kinderen met méér volwassenen te maken hebben dan kinderen die niet gehandicapt zijn.
Het zijn schokkende cijfers, vinden de aanwezigen, meest pedagogen, leerkrachten en mensen die met verstandelijk gehandicapten werken. "Wie dóen dat?", vraagt een man zich hardop af. "Ouders, groepsleiders, taxichauffeurs, cliënten onderling", somt Scharloo moeiteloos op. De plegers zijn vaker man dan vrouw. "We willen allemaal meer mannen in de zorg, maar dat is ook een risicofactor, want de kans dat een man seksueel misbruik pleegt, is groter."

Gemiste kans
Scharloo vindt het een "gemiste kans" dat in het nieuwe kindermishandelingbeleid van minister Rouvoet geen speciale aandacht is voor verstandelijk gehandicapten. "Dat beleid is gericht op de eerste lijn, maar veel van de kinderen met een verstandelijke beperking zitten daar niet. Die zitten in een instelling.''
Zeggen dat verstandelijk gehandicapte mensen worden misbruikt omdat ze kwetsbaar zijn, is het slachtoffer de schuld geven, vindt Scharloo. Er zou meer aandacht moeten zijn voor de plegers van het misbruik, vindt ze. ,,Er zijn plegers die van de ene instelling naar de andere instelling gaan, die ergens weer weggaan als het ze te heet onder de voeten wordt.'' Dat kunnen ze, als ze slim zijn, lang volhouden. ,,Van de plegers wordt 98 procent niet veroordeeld, want de bewijsvorming is moeilijk. Het is meestal het ene verhaal tegen het andere verhaal."
Een deel van het probleem ligt bij de opvoeders, volgens haar. "Verstandelijk gehandicapten worden niet opgevoed als mondige burgers, want dat kun je niet hebben in een instelling. Mensen met een verstandelijke handicap leren geen 'nee' te zeggen, ze leren juist dat ze moeten gehoorzamen. Ik moet de eerste cliënt nog tegenkomen die zegt: ik ga vandaag niet naar de dagbesteding ."
Meldingen van seksueel misbruik worden ook nog eens niet altijd serieus genomen. Als mensen met een verstandelijke beperking zeggen dat ze seksueel misbruikt zijn, wordt vaak met ongeloof gereageerd, merkt Scharloo. Dat is begrijpelijk - "we kunnen en willen niet geloven dat het gebeurt en dat het heel vaak gebeurt - maar misplaatst, waarschuwde ze. ,,De kans dat een melding van seksueel misbruik waar is, is bij een verstandelijk gehandicapte 87 procent. De kans dat het waar is, is dus veel groter dan de kans dat het niet waar is.'' ,,Bovendien moet je een melding altijd onderzoeken. De brandweer rukt toch ook altijd uit?"

dinsdag 22 januari 2008

Mishandeling van verstandelijk gehandicapte op You Tube

In het Algemeen Dagblad wordt een verslag gedaan, dat maandag ook tijdens de uitzending Een vandaag was te zien, van de mishandeling van een jongen die zowel verstandelijk gehandicapt als autistisch is:

Viertal filmt mishandeling autist

ARNHEM - Vier jongeren uit Arnhem hebben een autistische leeftijd- en buurtgenoot gedurende lange tijd mishandeld en filmpjes van de mishandeling op YouTube gezet.

Twee van de vier tieners, in de leeftijd van 13 tot 19 jaar, moeten zich binnenkort voor de rechter verantwoorden wegens mishandeling en discriminatie.De vader van Shonach (17) kwam de mishandeling van zijn zoon toevallig op het spoor toen hij een filmpje zag op You Tube. Op de site bleken nog vijf andere filmpjes te staan met beelden van het slaan en schoppen van de verstandelijk gehandicapte jongen door buurtgenoten. Ze voorzagen de filmpjes van racistische teksten als ’kenker neger’, ’kankernigga go home’ en ’kick da nigger’, zo was gisteravond te zien in een uitzending van het televisieprogramma Eén Vandaag.De mishandelingen duurden naar schatting ongeveer twee jaar. Shonach’s vader Roberto, die alleen woont en zijn zoon niet kan verzorgen, zegt ’geen woorden’ te hebben voor de feiten. Hij bestempelt de daders als ’kleine criminelen’.Volgens pleegmoeder Femke, bij wie Shonach al vijf jaar woont, begrijpt haar pleegzoon niet wat er gebeurt. „Hij heeft het nog altijd over zijn vrienden.’’Shonach’s vader en pleegmoeder deden na het ontdekken van de filmpjes op YouTube, in augustus vorig jaar, aangifte bij de politie. Het onderzoek werd intussen afgerond. Het daaropvolgende onderzoek leidde tot het dagvaarden van twee van de vier jongeren. De rechtszaak tegen hen zou volgende week beginnen maar werd op verzoek van het openbaar ministerie uitgesteld.Na de aangifte verwijderden de jongeren de meeste filmpjes van de mishandeling van hun slachtoffer van YouTube.

vrijdag 18 januari 2008

Toename kinderen met het Down syndroom (2)

In het Reformatorisch Dagblad staat het bericht:

Meer kinderen met down geboren

Binnenlandredactie

AMSTERDAM - In Nederland worden anderhalf keer zo veel kinderen met het downsyndroom geboren dan ongeveer twintig jaar geleden.

Hadden twintig jaar geleden 10 op de 10.000 baby’s het syndroom van Down, nu zijn dat er 16 op 10.000. Een en ander blijkt uit onderzoek van kinderarts Michel Weijerman, Downspecialist in het VU medisch centrum in Amsterdam. Zijn onderzoek wordt deze maand gepubliceerd in het internationale vakblad The Journal of Pediatrics.
De toename heeft te maken met het feit dat vrouwen op steeds hogere leeftijd kinderen krijgen. Als ze bijvoorbeeld op 38-jarige leeftijd in verwachting zijn, kiezen ze er bewust voor om een zwangerschap uit te dragen. Ze wijzen prenatale testen af. De vrouwen willen liever een kind met het syndroom van Down dan helemaal geen kind.
Weijerman stelt vast dat in 2003 in totaal 322 baby’s met het downsyndroom geboren werden. Een groot deel van de moeders (33 procent) die een kind met dit syndroom krijgen, is ouder dan 36.
In Nederland worden relatief meer kinderen met het downsyndroom geboren dan in veel andere westerse landen. Hebben in Nederland thans 16 op de 10.000 baby’s de aandoening, in Frankrijk betreft dat 7,5 per 10.000 kinderen.
Erik de Graaf, bestuurslid van de Stichting Downsyndroom, noemt het een "heel interessant gegeven" dat met name oudere vrouwen bewust afzien van een prenatale test en de zwangerschap uitdragen, ook al krijgen ze een kind met het syndroom van Down.
De Graaf is blij dat de beeldvorming rond downkinderen de laatste jaren ten gunste is bijgesteld. "Voorheen dacht de man in de straat dat een downkind een schreeuwende hoop ongeluk zou worden, die in het gunstigste geval op een trommel kan slaan. De werkelijkheid is dat mensen met deze handicap, als ze adequaat worden begeleid, goed kunnen functioneren. Tegenwoordig ligt de levenskwaliteit van kinderen met het syndroom van Down dicht in de buurt van die van gewone kinderen."
Feit is nog altijd dat veel vrouwen de zwangerschap afbreken, als uit een prenatale test blijkt dat hun kind het syndroom van Down zal krijgen.
Eerder stelde Gert de Graaf, onderzoeker van de Stichting Downsyndroom, dat in de toekomst naar verwachting meer dan de helft van de vrouwen die een kind met het syndroom verwachten, dat laat aborteren.
In een uitzending van tv-rubriek Netwerk meldde gynaecoloog H. Wildschut, werkzaam bij het Erasmus MC in Rotterdam, donderdagavond dat twintig jaar geleden "de zwangerschap gewoon werd afgebroken", als uit een test bleek dat de vrucht het syndroom van Down had.
Vindt Erik de Graaf die kennelijke vanzelfsprekendheid van abortus schokkend? "Natuurlijk is dat schokkend. Als twintig jaar geleden na een vruchtwaterpunctie het syndroom van Down werd vastgesteld, werd bij wijze van spreken het bed voor een abortusbehandeling al klaargezet. Veel medici lieten ongevraagd hun ongefundeerde mening horen: een kind met het syndroom van Down komt achter de hekken terecht. Vrouwen kregen nauwelijks een behoorlijke bedenktijd en werden eenzijdig voorgelicht. Dat valt Nederland zeer te verwijten."
Nog bestaat is er die negatieve voorlichting over het syndroom, constateert De Graaf. "Dat is heel schrijnend."
Hij pleit voor het beschikbaar stellen van geld voor onderzoek naar het voorkómen van het syndroom van Down. "Er zijn bijvoorbeeld aanwijzingen dat door het gebruik van foliumzuur door de vrouw er een grotere kans is dat ze in verwachting raakt van een kind met het syndroom. Het zou goed zijn als dat grondig wordt onderzocht."

Toename kinderen met het Down syndroom (1)

Op de site van http://www.nd.nl/ staat het volgende bericht:

Aantal kinderen met Down groeit

van onze redactie binnenland

HILVERSUM - Anders dan verwacht, worden in Nederland anderhalf keer zoveel kinderen met het syndroom van Down geboren dan zo'n twintig jaar geleden. Dat blijkt uit onderzoek van dr. Michel Weijerman, coördinator van de down-poli van het VU Medisch Centrum.
,Er was altijd gedacht dat er een tendens van dalen was en er is een behoorlijke stijging, anderhalf keer zoveel''. aldus Weijerman gisteravond in Netwerk (Evangelische Omroep). Er zijn twee oorzaken voor deze stijging. Vrouwen krijgen op hogere leeftijd kinderen. Hoe ouder de vrouw is, hoe groter de kans dat ze een kind met het syndroom van Down krijgt. De andere reden is dat deze vrouwen die op latere leeftijd zwanger worden, vaak weloverwogen afzien van prenataal testen. Weijerman: ,,Ik denk dat de kinderwens groter is dan de angst voor afwijkingen in de zwangerschap.'' Met het afzien van prenatale screening was in prognoses geen rekening gehouden. Weijerman heeft met zijn landelijk onderzoek in 2003 vastgesteld dat in dat jaar in totaal 322 baby's met het syndroom van Down geboren werden. Dat is zestien op de 10.000 baby's. Twintig jaar geleden lag het aantal baby's met het syndroom van Down op tien per 10.000. Nederland wijkt met het hoge aantal pasgeborenen af van veel andere westerse landen. In Frankrijk bijvoorbeeld ligt het aantal op 7,5 per 10.000. Ook gynaecologen hebben in de voorbije jaren een andere kijk op hun taak ontwikkeld. In het verleden boden zij meteen een abortus aan als er syndroom van Down uit de prenatale test kwam. Nu doen zij veel meer aan voorlichting over het leven met een kind met het syndroom van Down. Dr. Hajo Wildschut, gynaecoloog van het Erasmus Medisch Centrum, zegt in Netwerk: ,,Ik informeer meer. Ik ben meer adviseur geworden dan aborteur, om het maar zo te zeggen.'' Weijerman publiceert zijn onderzoeksresultaten deze maand in het internationale vaktijdschrift Journal of Pediatrics .

zondag 6 januari 2008

Drie Koningen

Vandaag is het Drie Koningen


Foto van Raoef Mamedov